hero

Pleidooi voor ruimtelijke kwaliteit

Verhalen/31 March 2022

Neem de tijd voor de ruimtelijke kwaliteit van de Hoeksche Waard. Dat is de oproep van landschapsadviseurs, stedebouwkundigen en architecten die werkzaam zijn op het eiland. In de hoop dat het nieuw te vormen college ernaar luistert.

Hoe kun je alle ruimtelijke plannen, visies en gedachten die er zijn voor de Hoeksche Waard op een goede manier stroomlijnen? Dat was de centrale vraag tijdens de bijeenkomst van een groep deskundigen die vanuit hun beroep betrokken zijn bij de ruimtelijke ordening van de Hoeksche Waard. De één als kwaliteitsadviseur, de ander als  landschapsontwerper, een volgende als architect of stedenbouwkundige.

Een grote gemeente als de Hoeksche Waard wordt geconfronteerd met een lawine aan initiatieven, blijkt in de praktijk. Peter van de Graaf, stedenbouwkundige en zijn collega  Wietske Wolf, respectievelijk stedenbouwkundige en landschapsarchitect bij de gemeente, zien ze allemaal passeren en geven er advies over. “De Omgevingsvisie uit 2019 vormt daarbij de basis, maar ook het begrip ‘ruimtelijke kwaliteit’,” geeft Van de Graaf aan.

“Dan gaat het over de pracht van de monumentale dijken, de structuur van het landschap, de kleine en grote dorpen. Dat moeten we bewaken, zodat komende generaties er ook van kunnen genieten.”

“Door met elkaar in gesprek te gaan, zorgen we dat de neuzen dezelfde kant op staan,” beschrijft Sander Ros, van RoosRos Architecten in Oud-Beijerland. “Tegelijkertijd beseffen we ook dat iedere partij zijn eigen belangen heeft. Het waterschap wil bomen kappen voor veiliger wegen, we willen glasvezel voor sneller internet en dorpen breiden uit om jonge inwoners te huisvesten,’’ schetst Van de Graaf de praktijk. Het is daarom noodzakelijk continu overzicht te houden over wat er waar gebeurt, geeft Laura de Bonth, voorzitter van het gemeentelijk kwaliteitsteam aan. “Ruimtelijke kwaliteit gaat iedereen aan en geldt voor de lange termijn, daarom is het belangrijk daar nu de tijd voor te nemen.”

Een geslaagd voorbeeld van juiste kwaliteit willen de ruimtelijke deskundigen wel geven: nieuwbouwproject Damgaarde in Nieuw-Beijerland. In een oude boomgaard aan de rand van het dorp laat landschapsontwerper en projectontwikkelaar Marco van Wetten dertig nieuwe woningen verrijzen. Een logische uitbreiding, vinden de kenners, waarbij landschap en dorp elkaar als het ware kussen en de aanwezige fruitbomen zoveel mogelijk worden behouden.

Er zijn ook minder geslaagde voorbeelden: zoals sommige uitbreidingswijken van dorpen. ‘Kluiven aan het landschap’ noemt een van de deelnemers het, terwijl er in de dorpskern vaak ook goede bouwlocaties zijn. De samenhang tussen het bestaande dorp en de nieuwbouw én de inpassing in het polderlandschap zijn van groot belang. ‘Sommige wijken liggen als het ware in hun blootje in het landschap, terwijl er vroeger prachtige groenstructuren waren’, klinkt het kritisch.

De plannenmakers en -beoordelaars streven, door het gezamenlijke overleg, naar een gezamenlijke focus voor de kwaliteit van de inrichting van de Hoeksche Waard. Eén, die hopelijk door het nieuw te vormen college wordt overgenomen. “Er moet wel ruimte zijn voor discussie, maar er is ook regie nodig,” geeft Van de Graaf aan. “Zodat we in de toekomst die opeenstapeling van goedbedoelde postzegels kunnen voorkomen. Onze dijken met bomenrijen als kathedralen, de lieflijke dorpen in een lommerrijke omgeving. Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Dat moeten we koesteren,” besluit Ros.