hero

Hoe staat het met...

Verhalen/27 November 2025

“Het gebouw voelt professioneel én huiselijk. Studenten blijven er graag, ook buiten lestijd, en gasten reageren enthousiast op de uitstraling. De indeling werkt efficiënt, met het atrium als herkenbaar hart van de school. Vertrouwen in elkaar ligt aan de basis van onze visie, en dat zie je terug in het gebouw. Als ik het traject opnieuw zou doorlopen, zou ik het weer precies op dezelfde manier aan gaan.”

In deze rubriek kijken we een aantal jaren na oplevering kritisch terug op een van onze projecten. Hoe is het gegaan, wat ging er goed of juist minder goed en wat kunnen we er van leren?

Hoornbeeck College Gouda, 6 jaar later
Vorige week waren we te gast bij het Hoornbeeck College in Gouda. Een gebouw dat we zes jaar geleden samen met de school en het ontwerpteam transformeerden van kantoorpand tot toekomstgerichte onderwijsomgeving. We spraken met directeur Gert van Veldhuizen en architect-partner Henk de Gelder. Een waardevol moment om terug te kijken: hoe functioneert het gebouw nu? En wat kunnen we meenemen naar nieuwe projecten? Henk: “Bij RoosRos zeggen we dat we gezonde, toekomstgerichte gebouwen willen maken. Maar de echte toets komt pas jaren na oplevering. Een evaluatie direct na het project vertelt nog niet alles. Pas na vijf, zes of tien jaar zie je hoe een gebouw écht gebruikt wordt, waar dagelijkse routines samenkomen en waar ontwerpkeuzes hun waarde bewijzen. Door terug te gaan naar de gebruiker leren we wat werkt en wat beter kan.”

Waarom transformatie en geen nieuwbouw?
Gert: “De keuze voor transformatie in plaats van nieuwbouw was destijds zowel praktisch als strategisch. Een geschikte nieuwbouwlocatie vlak bij het station bleek onzeker. Tegelijkertijd werd het in onze bestaande huisvesting steeds krapper en kwam het huidige pand op de markt. De aankoop van een bestaand kantoorpand bleek financieel aantrekkelijk en bood bovendien groeipotentie. Achteraf gezien was het de juiste keuze: bij nieuwbouw aan het station zouden we binnen twee jaar alweer ruimte tekort zijn gekomen.”

Uitdagingen bij de start
Het bestaande gebouw bood kansen, maar ook stevige uitdagingen. “Het gebouw is 14 meter breed. Als we standaard lokaalgroottes zouden aanhouden, bleef er geen gangzone over,” vertelt Gert. “Dat leek in eerste instantie een beperking, maar uiteindelijk werd het een van de sterkste punten van het ontwerp. We kozen voor lokalen aan één zijde en brede leerzones aan de andere. Dat geeft docenten nu veel flexibiliteit én het maakt informeel leren op de gang heel natuurlijk. Het werkt in de praktijk zelfs beter dan we vooraf hadden verwacht.”

De ligging aan het spoor bracht risico’s met zich mee, zoals explosie- en plasbrandgevaar. Henk vertelt: “We moesten alle ramen vervangen met glas met folies en ze ook geluidwerend maken. Geen kleine ingreep, maar wel noodzakelijk voor veiligheid en toekomstbestendigheid.”

Constructieve ingrepen
“Voor de nieuwe trappenhuizen en het verplaatsen van looplijnen moesten we ingrijpende constructieve maatregelen nemen, tot in de kelder,” vertelt Gert. “Daar hebben we heipalen aangebracht in een bodem waar mogelijk nog oorlogsbommen lagen. Dat maakte het een complexe operatie, maar wel een geslaagde.” Henk voegt toe: “Ook in de aula hebben we een grote ontwerptechnische ingreep gedaan. De ruimte was oorspronkelijk 2,80 meter hoog. Door een deel van de vloer weg te halen ontstond een dubbele hoogte. Het resultaat is een rustige, lichte en intieme plek geworden, met een ruimtelijke uitstraling.”

Hergebruik
Gert: “Duurzaamheid begon hier bij het hergebruik van wat al aanwezig was. Veel bestaande binnenwanden en panelen uit het kantoor zijn opnieuw toegepast in de school. Ook meubilair is deels hergebruikt. Zo ontstond een school die toekomstbestendig is, zonder onnodige verspilling.”

Samen optrekken met de gebruiker
Henk: “Bijzonder aan dit project was de samenwerking met adviespartner Hevo in het programma van eisen. Hun expertise lag vooral in het opstellen van het tekstuele programma van eisen, en wij konden daar gelijk creatief op inspelen. Samen met Hevo hebben we workshops gedaan met het schoolteam, waarin hun inhoudelijke kennis en onze ruimtelijke vertaling samenkwamen. Zo maakten we schetsen en ideeën over hoe het programma vertaald kon worden naar de plattegrond. Vaak gebeurt het zo dat een adviseur eerst het programma maakt en wij daarna pas aan de slag gaan, maar nu trokken RoosRos en Hevo echt gelijktijdig op. Dat werkte super goed: wij konden meteen uittekenen wat er bedacht werd, en zij konden hun kennis direct afstemmen op onze ruimtelijke vertaling. Zo ontstond een programma dat niet alleen op papier klopte, maar ook meteen praktisch en visueel werd toegepast in het ontwerp.”

Het gebouw in gebruik, 6 jaar later
Gert vertelt: “Het gebouw voelt professioneel én huiselijk. Studenten blijven er graag, ook buiten lestijd, en gasten reageren enthousiast op de uitstraling. De indeling werkt efficiënt, met het atrium als herkenbaar hart van de school. Vertrouwen in elkaar ligt aan de basis van onze visie, en dat zie je terug in het gebouw. Zo mogen studenten zelf boeken meenemen uit de bibliotheek en weer terugbrengen, zonder dat iemand constant toezicht houdt. Dat geeft vrijheid en stimuleert verantwoordelijkheid. Ik ben ontzettend trots op het gebouw en op hoe we met het ontwerpteam dit hebben vertaald naar een functionele en mooie school. Als ik het traject opnieuw zou doorlopen, zou ik het weer precies op dezelfde manier aan gaan.” Voor RoosRos is dat een bevestiging: transformatie kan niet alleen duurzaam zijn, maar ook kwalitatief minstens zo sterk als nieuwbouw.

Wat zou anders kunnen?
Gert: “Een belangrijke les is de keuze voor materiaal in intensief gebruikte omgevingen. De oorspronkelijke vloer bleek te licht, waardoor vervuiling zichtbaar bleef. Deze is al vrij snel vervangen door een warmere, wat donkere vloerbedekking die beter aansluit bij het gebruik. Ook enkele idealistische ontwerpwensen, zoals dubbele deuren tussen lokalen, bleken in de praktijk minder waardevol.”

De terugblik in Gouda bevestigt dat het waardevol is om jaren na oplevering opnieuw in gesprek te gaan. Juist dan zie je hoe een gebouw leeft, waar een ontwerp werkt en waar het slimmer kan.